zaterdag 4 januari 2014

Een koude douche in de Église

Een gerichte portie avondgrotten, dat was de bedoeling. Kwestie van niet te laat in bed te belanden, maar toch een deftige grottocht te doen. Het stond al een tijdje op mijn verlanglijstje: het bereiken van Salle des Gours in de Église. Eerder al eens geïdentificeerd van onderaan de meander, maar zonder dappere klimmers in de groep werd het toen niets. Enkele maanden geleden probeerde Renaud en ik via de traversée die vertrekt aan de kathedraal, maar wegens te moe en dus te onzeker werd ook die poging halverwege gestaakt.

Deze keer zouden Salle des Gours het hoofddoel worden, ookal omdat deze hangende zaal blijkbaar toch iets te bieden heeft, zoals de naam al doet vermoeden. Jo en ik hadden nog snel afgesproken om net voor Nieuwjaar eens te proberen. Ik had al gedacht dat Jo zou meegaan; Église is tenslotte een van zijn favoriete grotten.

Aangkomen, tijdens de verplichte pipi-stop vooraleer de gordel aan te trekken, hoorde ik de beek al stevig kabbelen in de doline. Was het geluid tijdens de vorige bezoeken ook zo luid? Deze bedenking bleek terecht, want toen we ingangszone naderden, was alles heel erg nat. De poort had iets van een rioolkolk bij overstromingen en de volledige afdaling via de ladder was een stortbad. De poort was niet op slot; het hangslot hing gewoon los aan de ketting. Foei aan de vorige bezoekers! Maar achteraf begreep ik ook waarom dit zou kunnen gebeuren. In de meander was alles terug "normaal". Wel veel water, maar niet overdreven. Via de grote afstap en de passage Yves Grolaux daalde we de meander af tot aan de kathedraal, waar we meteen zijn beginnen equiperen. Jo ging voorop. De traversée werd vlot en vakkundig gehangen en veel sneller dan geanticipeerd, werd Salle des Gours bereikt. En inderdaad, dit is een erg mooi gedecoreerde zaal. Zeker de moeite om eens te bezoeken!

De terugweg was even vlot als de heenweg zodat we snel terug aan de kathedraal stonden, met energie in overschot. We besloten om voor ons nog ongekende hoeken van de grot te proberen vinden: Réseau du Cimetière. Om de waterval te vermijden, kropen we door de Galerie des Bruxellois om van daar de Réseau te betreden. Ellenlange lange en smalle passages, zonder echte zalen of interssante concreties. Op de terugweg besloten we toch een smalle zijgang te nemen. Na twee vernauwingen (veel gevloek en gewurm - niets voor onze voorzitter dus), volgden we een haakse bocht naar links en daalde we een putje af om daar wat rond te neuzen. Op de terugweg beklommen we een geklemde rots boven de put en volgde enkele smalle meanders stroomopwaarts. De passages gingen zo fel omhoog dat we dachten een andere ingang van de grot te vinden, of terecht te komen tussen de botten van de begraafplaats. Terugkeren dus, en bovendien hadden we het zowat gehad van die smalle en onaangename passages.

Als allerlaatste wapenfeit vonden we nog de verbinding met de Galerie Infernale (nog niet geprobeerd) vanuit de Réseau du Cimetière. Daar daalden we terug af naar de beek en kropen we "Pas de la Mort" op om terug naar de ingang te gaan. Om terug te douchen, eigenlijk. Boven gekomen was het mijn taak om de poort af te sluiten. Jammer genoeg kreeg ik de sleutel niet uit het slot en na 10 minuten proberen met mijn handen in ijskoud water had ik het bijna opgegeven. Het lukte uiteindelijk toch, maar ik verstond toen ook beter waarom de poort niet op slot was bij aankomst.

Om middernacht thuis. Opdracht volbracht. De sleutel moest in elk geval niet meer gewassen worden.

1 opmerking:

Koen zei

Mooi, de grotten stonden rond nieuwjaar inderdaad tamelijk in crue!