vrijdag 21 december 2012

Trou de Nutons

Quinten schreef:
Björn, 

Hieronder mijn 'tekstje' voor de blog. 

Ik heb 2 versies gemaakt, ik opteer voor de tweede. :)

Veel leesplezier!

Versie 1:

We zijn naar de grotten gegaan, het was tof. 

Versie 2:

Liefste dagboek,

vandaag zijn we voor de tweede keer naar de grotten gegaan. Deze bevonden zich in 'Dardenne', meer bepaald in de Trou de Nutons, aan de rand van Namen.

Aangezien 1/3e van ons gezelschap zich overslapen had, kwamen we als laatste aan het Spekul lokaal aan. Goed als we zijn, hadden we Björn, die we dankzij Thomas nu ook Bruno mogen noemen, ingelicht die ons dan toch nog met open armen, weliswaar zonder stem, ontving. Zo konden we ons alsnog prepareren en ons speleomateriaal meenemen. 

Aangekomen in Dardenne werden we verwelkomd door onze Franstalige Spekullotgenoot Renaud, en een horde poezen die niets liever deden dan de auto van Lieven te vervuilen en de boterhammen van Lizzy op te eten.
Na het welbekende aankleden en foefelen om onze gordels aan te krijgen waren we klaar om eindelijk Nutons' grotten te verkennen. We splitsten ons op in twee groepen; groep 1; klaar voor het gevaar, zijnde leider Lieven en lijders Thomas, (Thomad voor de vrienden), Nico (Pino voor de vrienden) en mezelf; Quinten (ook Quinten voor de vrienden).
Groep 2 verkoos de andere kant van de grot en ging via een zelf opgezet touwenparcour de grot binnen met Bruno op kop. Andere metgezellen waren Renaud, Nele, Robin en Lizzy.

In het midden van de grot zouden we afspreken en wisselen van parcours, zo kon groep 2 het hen gemakkelijk maken en de rustige met bloempjes geplaveide weg terug nemen, terwijl wijzelf de loodszware, bloedstollende lijdensweg via de touwen gebruikten.

En zo geschiedde; als we één keywoord mogen onthouden van het gat van Nutons is het modder! Gratis en voor niks, in grote getale, voor iedereen beschikbaar. Van boven tot onder, van links naar rechts. Waar sommigen veel geld voor betalen, kregen wij voor de verniet; een modderbad om U tegen te zeggen.
Dit hield natuurlijk niet weg dat de weg onder de grond zeer plezant en leerrijk was. Zo ontdekten we onder andere dat de Waalse riolering ook uitkwam in onze grot, wat de nodige reukhinder met zich meebracht. Dit kon ons echter niet deren, aangezien dit de geurrijke gevolgen maskeerde van een avondje bier drinken. Na ongeveer 2 uur de grot verkend te hebben zo diep als mogelijk was (de riolering blokkeerde onze toegang, en we voelden ons net niet geroepen om te ontdekken wat er zich hier achter bevond), stond groep 1, pienter als ze zijn, op tijd aan het knopingspunt om groep 2 te ontvangen. Jammer genoeg zag groep 2 dit niet zo zitten en besloot ons dan maar 45 minuten te laten wachten in de kou; wat resulteerde in 3 dansende mijnwerkers om het warm te krijgen. (foto's ontbreken jammer genoeg) 

Als het laatste groep-2-exemplaar aangekomen was, was het aan Thomas om de lijdensweg naar boven te starten. Na ongeveer 12 kilometer loodrecht te jumaren, begon ons touwenparcours waar we al onze opgedane kennis konden gebruiken. Klimmen, dalen, paraplus, stalen musketons, leeflijnen, schuiven, springen, hopen dat je u toch hebt vastgehangen, ... het zat er allemaal bij. Zo bleek ook dat ik toch nog wat beter moet opletten op woensdag tijdens de technieklessen. Na, wat ongeveer 3 uur klimmen leek, zagen we eindelijk het licht aan het einde van de grot. Alsof we nog geen genoeg bloed, zweet en tranen waren verloren, wachtte ons nog een stijle klim (zeker 80° omhoog) op een modderhelling waar je kon kiezen tussen het laatste uit je armkracht te halen, modder vreten, of een combinatie van beide. Ik koos voor het laatste. 

Met verzuurde armen en een bruin gezicht kon ik eindelijk voldaan de top bereiken om mij vervolgens neer te leggen alsof ik in de plaatselijke Roi Du Matelas een matras kwam uittesten. Aangezien zowel Thomad als ikzelf hoorde tot het clubje 'wij wisten niet dat we geen eten konden meenemen naar de grot', besloten we om niet te wachten op Pino (hij was in veilige handen van Lieven) en ons al om te kleden aan de auto en ons te nuttigen van drank en eten. 

Na de verwelkoming van de plaatselijke kattenbende, het omkleden en onze dorst te lessen kwam ook Pino tot bij ons. Hij zat ook in ons clubje van de hongerigen, wat resulteerde in een spierwit gezicht van vermoeidheid. Natuurlijk niets waar meneer Banaan en mevrouw Sandwich niets aan konden doen. Als we ons 'relatief' proper konden noemen gingen we de hobby van Bruno nog eens uitoefenen; een pint gaan drinken in het plaatselijke café. Als we daar na een tijdje beseften dat we ons gerief + onszelf nog moesten proper maken, beslisten we om naar Spekul te gaan. Daar aangekomen volgde het verplichte kuisen van het materiaal, of toch een poging tot...

8 kilo modder en een nieuwe siffon later was het dan eindelijk tijd om naar huis te keren, maar niet vooraleer we ons tegoed konden doen in de plaatselijke McDonalds aan een welverdiende Chicken Mythic!

En zo eindigde het avontuur van Tomaat, Sneeuwwitje en de RoiDuMatelas! 

Met vriendelijke groeten,

Quinten Bollaerts

1 opmerking:

Leen zei

Prachtig verhaal Quinten!! :-)